Tweede bedrijf
Sesto is compleet van de kaart. Hij neemt de schuld voor Tito’s vermeende dood volledig op zich. Annio brengt Sesto het nieuws dat de keizer de aanslag overleefd heeft en raadt hem aan alles op te biechten. Vitellia wil echter dat Sesto vlucht zodat hij haar nooit zal kunnen verraden. Sesto wordt als schuldige beschouwd en gearresteerd.
Tito is overtuigd van de onschuld van zijn vriend, maar Sesto heeft bekend. De Senaat heeft de terdoodveroordeling al uitgesproken en enkel de handtekening van de keizer ontbreekt nog.
In een gesprek weigert Sesto Tito een motief te geven voor zijn verraad. Na een innerlijke strijd besluit Tito Sesto toch genade te schenken. Vitellia wordt geplaagd door schaamte en een diep schuldgevoel.
Het volk bezingt zijn keizer. Terwijl Tito de gratie aan Sesto wil uitspreken, legt ook Vitellia een bekentenis af. Tito is geschokt maar schenkt ook haar vergiffenis.