Kaspar geeft hem zijn geweer en vraagt hem een schot af te vuren. Meteen is het raak. Kaspar legt uit dat Max met een betoverde ‘vrijkogel’ geschoten heeft, en hij stelt voor samen om middernacht vrijkogels te gieten voor het proefschieten. Wat de jonge jager niet weet: Kaspar hoopt dat Max met een van de vrijkogels zijn bruid Agathe zal doden. Een daad van wraak, want Agathe heeft ooit de naar haar hand dingende Kaspar afgewezen. Kaspar kan de vlucht van de kogels echter niet alleen bepalen, alles hangt af van de mysterieuze Samiel, die als eremiet in het woud leeft en over magische krachten schijnt te beschikken.
Ondertussen bereiden Agathe en Ännchen zich voor op de bruiloft. Telkens weer vallen er portretten van de voorvaders van de muur, voor Agathe een onheilspellende voorbode van dreigend gevaar. Terwijl ze even alleen is, ontmoet Agathe de eremiet Samiel die haar een bos gewijde rozen schenkt. Als Max haar vertelt dat hij ’s nachts naar de Wolfskloof wil gaan, schrikt Agathe.
Deel 2
In de Wolfskloof ontmoet Kaspar de eremiet Samiel. Het wordt duidelijk dat Kaspar bij Samiel in de schuld staat. Blijkbaar zal hij de volgende dag sterven, als hij er niet in slaagt Samiel een nieuw slachtoffer aan te bieden. Kaspar vraagt aan Samiel de laatste van de te gieten vrijkogels op Agathe of Max te richten. Samiel blijft dubbelzinnig in zijn antwoorden, maar lijkt toch in te gaan op het voorstel van Kaspar. Wanneer Max in de Wolfskloof aankomt, gieten ze zeven vrijkogels.
Agathe wordt geplaagd door wilde dromen. Om haar af te leiden vertelt Ännchen een griezelverhaal. Wanneer ze merkt dat dit niet helpt, zegt ze dat de bruidskrans aangekomen is. Beiden schrikken erg wanneer ze merken dat het geen bruids- maar een grafkrans is. Agathe vraagt Ännchen de grafkrans te vernietigen en een bruidskrans te vlechten met de gewijde rozen van de eremiet.